Verwachte afwijkingen

05. Transformatie in het sociaal domein

Beleidsmatige afwijkingen

Minimabeleid
In de afgelopen maanden constateren we een stijging van de energie- en gasprijzen. De stijgende prijs heeft met name financiële gevolgen voor inwoners die van een minimuminkomen rond moeten komen. Op 10 december 2021 heeft het kabinet besloten een eenmalige energietoeslag voor huishoudens met een laag inkomen mogelijk te maken. Op 11 maart 2022 heeft het kabinet besloten de eenmalige energietoeslag te verhogen naar € 800 per huishouden voor mensen met een inkomen rond het bijstandsniveau. Het uitrollen van de regeling en de uitbetaling aan gemeenten vanuit het Rijk laat op zich wachten waardoor de Wet Bijzondere Bijstand moet worden aangepast.
De gemeente verwacht een Rijksbijdrage van circa € 1.080.000, daarmee verwacht het Rijk dat de regeling budgetneutraal kan worden uitgevoerd. Vanuit de Rijksoverheid is het advies aan gemeenten om inwoners met een inkomen tot 120% van minimumloon de tegemoetkoming uit te keren. Het Rijk verwacht dat 81,5% van de inwoners gebruik maakt van de regeling. Gemeenten hebben echter beleidsvrijheid in het uitvoeren van de regeling en gemeenten schatten het gebruik van de regeling hoger in. De gemeente is voornemens de tegemoetkoming uit te keren aan inwoners met een inkomen tot 120% van het minimumloon, conform het Rijksadvies en het lokale minimabeleid.  Het risico is dat meer mensen gebruik maken van de regeling dan 81,5%. Op dit moment is nog onduidelijk in hoeverre het Rijk financiële compensatie geeft voor het risico van meer gebruik van de regeling.

Algemene voorzieningen Werk en Inkomen
Het Rijk heeft de subsidie voor de sociale werkvoorziening verhoogd, de gemeentelijke lasten voor de sociale werkvoorziening IW4 verlagen daarom structureel.

Wet wijziging woonplaatsbeginsel Jeugd
Per 1 januari 2022 is de Wet wijziging woonplaatsbeginsel (Wpb) in werking getreden. De nieuwe wet regelt dat die gemeente verantwoordelijk wordt waar de jeugdige ten tijde van de hulpvraag staat ingeschreven in de Basisregistratie Personen (Brp). In geval een jeugdige jeugdhulp krijgt met verblijf, wordt de gemeente verantwoordelijk waar de jeugdige direct voorafgaand aan het verblijf stond ingeschreven in de Brp. Voor de ingang van deze wet was de gemeente van het daadwerkelijk verblijf financieel verantwoordelijk voor jeugdigen met een voogdijmaatregel en jeugdigen van 18 jaar en ouder, vanuit de verlengde jeugdhulp. Door de verblijfslocaties voor kinderen met een complexe zorgvraag binnen de gemeente Utrechtse Heuvelrug betekende dit in de praktijk forse kosten, waar jaarlijks met terugwerkende kracht compensatie voor werd aangevraagd. Deze aanvraag zal ook nog gedaan worden over het jaar 2020 en 2021.

Eind 2021 zijn alle gemeenten begonnen met de administratieve overdrachten naar de ‘nieuwe’ gemeenten. Op 1 juli 2022 moeten deze overdrachten volledig afgerond zijn. Omdat de gemeente afhankelijk is van alle gemeenten die jeugdigen overdragen in het kader van het nieuwe Wpb, is het (financiële) resultaat nog onvolledig. Gekoerst wordt om in de 2e Bestuursrapportage hier financieel over te rapporteren.

Effect Covid-19 op de jeugdhulp
Op basis van gesprekken met aanbieders en verwijzers, en verschillende onderzoeken, lijkt de Covid-19 pandemie in 2021 effect te hebben gehad op de duur van de trajecten, en de verergering van problemen bij kinderen en gezinnen waar al zorgen worden. Met andere woorden, uitstroom uit de jeugdzorg duurt langer en er is vaker intensievere hulp nodig. De verwachting is dat dit ook in het eerste half jaar van 2022 het geval is. Door inzet van meer capaciteit bij de Praktijkondersteuners GGZ Jeugd en inzet van activiteiten vanuit het Nationaal Programma Onderwijs (zie ook Programma 7), zet de gemeente in op snelle en preventieve ondersteuning, om de inzet van individuele voorzieningen om te buigen.

Financiële afwijkingen

Mutaties exploitatie

Begroot

Prognose

Afwijking

N/V

I/S

Individuele voorzieningen WMO

€ 9220.000

€ 9333.000

€ 113.000

N

S

Individuele voorzieningen Jeugdwet

€ 12.259.000

€ 12.350.000

€ 91.000

N

S

* I=Incidenteel, S=Structureel

Individuele voorzieningen WMO € 113.000 (N) S
In de decembercirculaire 2021 is een specifieke uitkering als last opgenomen voor Individuele voorzieningen WMO. In de RIB decembercirculaire is dit gespecificeerd onder salariskosten zorgdomein.

Individuele voorzieningen Jeugdwet € 91.000 (N) S
In de decembercirculaire 2021 is een specifieke uitkering als last opgenomen voor Individuele voorzieningen Jeugdwet. In de RIB decembercirculaire is dit gespecificeerd onder salariskosten zorgdomein.

Deze pagina is gebouwd op 05/24/2022 18:03:39 met de export van 05/24/2022 17:43:00